Het kabinet kondigt vandaag aan dat vanaf 2026 hybride warmtepompen de standaard worden voor het verwarmen van woningen. Dat betekent dat bij vervanging van de cv-installaties mensen moeten overstappen op een duurzamer alternatief. In veel gevallen is dit een hybride warmtepomp, maar ook alternatieven zoals de volledig elektrische warmtepomp of een aansluiting op een warmtenet zijn mogelijk. Het kabinet wil hiermee voor leveranciers, installateurs en woning- en gebouweigenaren duidelijkheid bieden en wijzigt hiervoor het besluit bouwwerken leefomgeving, ook wel bouwbesluit genoemd.
Forse besparing van aardgas
Door over te stappen op meer duurzame verwarmingsinstallaties kan veel aardgas worden bespaard, dat is goed voor het klimaat en zorgt voor een lagere energierekening. Een hybride warmtepomp is een combinatie van een warmtepomp en een cv-ketel. Doordat de cv-ketel op koude dagen bijspringt is de hybride warmtepomp voor veel woningen geschikt, en kan zowel op korte als lange termijn (in combinatie met een duurzaam gas) bijdragen aan de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Dit leidt tot gemiddeld 60% besparing op het aardgasverbruik. In goed geïsoleerde woningen kan ook direct worden overgestapt naar een volledig elektrische warmtepomp, deze gebruikt helemaal geen aardgas. In een deel van Nederland is of komt een warmtenet beschikbaar, ook dat is een duurzame manier om de woning te verwarmen.
Normering verwarmingsinstallaties vanaf 2026
Het kabinet bereidt normering voor zodat deze in 2026 in kan gaan. Met de normering worden eisen gesteld aan de efficiëntie van de verwarmingsinstallatie. Dat betekent dat bij vervanging van de huidige cv-ketel mensen moeten overstappen op een duurzamer alternatief. Voor woningen die niet geschikt zijn, of op korte termijn op een ander alternatief voor aardgas worden aangesloten (bijvoorbeeld een warmtenet), is er een uitzonderingsmogelijkheid. Om de ontwikkeling van deze techniek te ondersteunen, biedt het Rijk subsidie op de aanschaf van een (hybride) warmtepomp. Deze subsidie is vanaf dit jaar verhoogd naar gemiddeld 30%. Tot en met 2030 heeft het kabinet €150 miljoen per jaar gereserveerd om woningeigenaren te blijven ondersteunen bij de aanschaf van een (hybride) warmtepomp. Daarnaast is er financiering via het Nationaal Warmtefonds, met een rentetarief van 0% voor lage- en middeninkomens, beschikbaar.
Kabinet trekt samen op met installateurs en fabrikanten
Het kabinet trekt hierin samen op met de installatiebranche (vertegenwoordigd door Techniek Nederland) en de fabrikanten (vertegenwoordigd door de Nederlandse Verwarmingsindustrie en de Vereniging Warmtepompen). Techniek Nederland zet alles op alles om ervoor te zorgen dat er voldoende warmtepompmonteurs zijn. Door te zorgen dat er straks in iedere regio een opleidingslocatie is waar monteurs zich kunnen laten bijscholen en door het ontwikkelen van specifieke opleidingen voor zij-instromers. Techniek Nederland gaat monteurs ondersteunen door tools die bijvoorbeeld laten zien welke woningen geschikt zijn voor (hybride) warmtepompen. Woningeigenaren worden geholpen doordat er kwaliteitseisen gesteld gaan worden aan producten, installaties en vakmanschap. Fabrikanten investeren in een forse opschaling van de productie, onder andere door op korte termijn 3 extra productielocaties in Nederland te openen. Daarnaast komen er meer trainingsfaciliteiten voor monteurs. Hybride warmtepompen worden eenvoudiger, gebruiksvriendelijker en uniformer. Dit zorgt voor goedkopere apparaten die veel makkelijker te installeren zijn.